Namibië, gelegen in het zuidelijk deel van Afrika is een unieke bestemming. Eén van de mooiste bestemmingen hoorde ik al van veel reizigers. Reden genoeg om dit land toe te voegen aan mijn bucketlist! Namibië is de afgelopen jaren immens populair geworden. Het land is enorm groot, 27 keer zo groot als België om precies te zijn! Een rondreis is dan ook de beste manier om Namibië te ontdekken.
Eén van de grote voordelen in Namibië is dat het tijdsverschil met België en Nederland maar één uur is. Geen jetlag zorgen dus!
Maar het is ook het op één na dunst bevolkte land ter wereld. Rondrijden in Namibië voelt een beetje hetzelfde als rondrijden in het westen van Amerika, geen levende ziel tegenkomen en weten dat het volgende dorp nog 500 km rijden is. Het land dat lang een kolonie van Duitsland en nadien van Zuid-Afrika was ademt ruimte en ongerepte natuur uit. Het is een bestemming die ik moeilijk met een ander land kan vergelijken. Het is nog ruw en puur, ideaal als je van avontuur houdt!
Namibië, een divers land
De geographie van Namibië is divers. Het land wordt door 5 grote regio’s gevormd: Het Centrale Plateau, de Namib Woestijn, de Great Escarpment, de Bushveld, en de Kalahari Woestijn. De twee woestijnen, de Namib en de Kalahari zijn uitgestrekt en bepalend voor het land. Je zal op je rondreis door Namibië dus véél zand zien. Maar het is wel het type van zandlandschap dat een onuitwisbare indruk maakt!
Namibië, geen budget bestemming
Reizen in Namibië is geen goedkoop avontuur, het land is duurder dan buurland Zuid-Afrika. Met wat zoeken kan je zeker betaalbare tickets vinden. Ik vloog met Ethiopian Airlines vanuit Brussel via Addis Abeba naar Windhoek. De vluchten waren vlot, het eten was goed en ik had op elke vlucht een lege stoel naast me, wat wil je nog meer? (ja, die upgrade naar business mag natuurlijk ook altijd!). Hier vind je tips om goedkope tickets te vinden. Namibië is ook een goede bestemming om airmiles in te zetten, hoe dit werkt lees je hier!
In deze blog deel ik alle tips die ik op mijn rondreis verzameld heb. Zo is het voor jou makkelijker om zelf een rondreis in Namibië te plannen!

- Windhoek
- Etosha National Park
- Swakopmund – Skeleton Coast National Park
- Walvis Bay – Sandwich Harbour
- Sossusvlei National Park
1. Windhoek
Aankomst
Internationale vluchten komen aan op Hosea Kutako International Airport in Windhoek. Stel je bij deze luchthaven niet teveel voor. Als je aankomt lijkt de landingsbaan wel een asfaltstrook in niemandsland. Het kleine luchthavengebouw heeft zo z’n voordelen. Er zijn amper reizigers, alles gaat er goed vooruit en voor je het weet sta je buiten en ben je klaar om aan je avontuur te beginnen.
Luchthaventips:
- Er is een ATM in het gebouw, je kan dus cash geld afhalen bij aankomst. Je haalt er Zuid Afrikaanse rand af. Hiermee kan je overal in Namibië betalen, wisselgeld dat je terugkrijgt is Namibische dollar.
- Cash geld is nodig!! In theorie kan je op de meeste plaatsen met je credit card betalen, maar in praktijk werken de betaaltoestellen vaak niet.
- Je kan je huurwagen, als je met een 4×4 wil rondreizen onmiddellijk aan de luchthaven ophalen.
De stad
Ongeveer een kwart miljoen van de in totaal 2 miljoen inwoners leeft in de hoofdstad. In deze bruisende stad merkte ik onmiddellijk hoe droog en ijl de lucht hier is. Niet verwonderlijk als je weet dat Windhoek op 1600m hoogte gelegen is. De stad is omgeven door woestijn en savanne.
Om eerlijk te zijn is er weinig bijzonders aan de stad. De meeste reizigers stoppen hier een dag aan het begin of het einde van hun rondreis door Namibië. Dat is ruim voldoende voor deze plaats.
Windhoek: waar verblijven?
We verbleven in Vila Vista, een charmant boutique hotel op wandelafstand van restaurants en het centrum.



Windhoek: wat is er te zien?
Als je van plan bent om Windhoek te bezoeken dan zijn dit enkele interessante plaatsen:
- Christuskirche: Eén van de bekendste gebouwen van de stad. Het is een schattige kerk, een beetje onhandig op het midden van een rond punt gelegen.
- Independence Memorial Museum: Hier kom je alles over de geschiedenis van het land te weten. Vooral het gebouw is indrukwekkend. Ga zeker naar de bovenste verdieping, je hebt er een indrukwekkend uitzicht!
- Namibia Craft Centre: Goede plek als je souveniers wil kopen. Niet heel bijzonder aangezien je op je rondreis door Namibië dezelfde typische spullen zal kunnen kopen aan vaak interessantere prijzen. Zelfs wanneer je terug naar huis vertrekt kan je in de winkeltjes op de luchthaven betere zaken doen.
- Joe’s Beerhouse: Een heel populaire plek waar elke buitenlander komt eten, of zo lijkt het toch. Het is er heel groot en wat kunstmatig gezellig. Toch reserveer je best je plaats op voorhand. Het eten is er goed! Op wandelafstand van ons hotel.
- Parliament Gardens: Een rustige groene oase in Windhoek
- Oshetu Community market: Deze plek is de moeite waard. Een plek met echte Afrikaanse vibes. Als je een sterke maag hebt kan je zeker wat lokaal eten proberen!



Na’an ku sê, wildlife sanctuary
Het project
Ik bleef een extra week in de omgeving van Windhoek. Niet om de stad zelf, maar omdat ik hier de kant had om een kinderdroom in vervulling te laten gaan. Namelijk als vrijwiller werken in een opvangcentrum voor wilde dieren. Eigenlijk kan je in zowat elk land als vrijwilliger gaan werken, maar vaak zijn die projecten maar bedenkelijk en zijn de motieven van de organisaties niet altijd duidelijk. In dit project had ik wel vertrouwen: Na’an ku sê.
Na’an ku sê is opgericht in 2006 als opvangcentrum voor wilde dieren. Vooral dieren die als huisdier gehouden werden, dieren die in conflictsituaties met veehouders terecht komen of dieren die bedreigd worden door stropers worden hier opgevangen. Het ultieme doel is om de opgevangen dieren opnieuw in het wild vrij te laten, maar in ongeveer 60% van de gevallen is dit niet meer mogelijk. De dieren zijn gewoon gewoon geworden aan mensen of zijn gekwetst waardoor ze geen enkele kans meer maken om te overleven in de natuur. Oprichters Rudie en Marlice Van Vuuren zijn vastberaden om het leven van elk dier te redden.
“Our vision is an Africa where humans and wildlife can live & thrive together”
De voorbije jaren is de Na’an Ku Sê Foundation gegroeid tot een organizatie met ongeveer 500 medewerkers. Vanuit één project zijn meerdere projecten op diverse lokaties in Namibië ontstaan oa projecten rond conservatie, humanitaire projecten en projecten gericht op ecotourisme. Wat me het meeste opviel bij de organisatie is de authenticiteit. Dit is geen geoliede machine of slimme marketing. De gepassioneerde medewerkers geven elke dag het beste van zichtzelf voor een doel waar ze 100% in geloven.
Mijn ervaringen
Het leven van een vrijwilliger
Als vrijwilliger wist ik eigenlijk niet goed wat te verwachten. Zou ik een hele week kooien van de dieren kuisen? Dat zou zo maar eens kunnen …
Het was bij aankomst direct duidelijk dat de organisatie het gewoon was om met vrijwilligers te werken. We kregen een divers programma voorgeschoteld. Er is een tweewekelijks roterend programma. Dus iedereen die twee weken of minder blijft krijgt voor elke shift een andere taak. De dagen zijn opgesplitst in een ochtend shift van 8u ’s morgens tot 13u en een namiddag shift van 14u30 tot 17u30. Aangezien ik maar een week blijf is elke shift een nieuwe ontdekking.
Slapen doen we hier in glamping tenten. Echt kamperen is het niet want we hebben comfortabele bedden en een eigen ourdoor badkamer. Als wat ik deze week deed was zover verwijderd van mijn dagelijkse routine, zelfs bij mijn avontuurlijke reiservaringen kwam het niet in de buurt.
Herinneringen voor het leven
Ik zal nooit die warme ochtend douches vergeten bij een prachtige zonsopgang na een ijskoude nacht, de gezellige bijna steeds Wifi vrije avonden met de andere vrijwilligers, de verhalen over andere projecten en ieders motivatie om hun vakantie op zo’n unieke manier door te brengen!
En natuurlijk het werk zelf. Ik heb nog nooit om paar dozijn bavianen mee op een namiddagwandeling genomen, rangers vergezeld op een nachtelijke rhino patrol, drie cheetah weesjes mee op ochtend wandeling genomen, gezocht naar olifanten met een wel heel enthousiaste ranger, een paar uur op een paard tussen giraffen, impala’s, kudu’s en zebra’s rondgereden of maaltijden bereid voor alle mogelijke soorten dieren.
Het is weinig waarschijnlijk dat ik een kans als deze nog eens zou krijgen, het was echt uniek om dit te kunnen doen. Ik ben dan ook echt zo dankbaar dat ik heb kunnen bijdragen aan één van de Na’an ku sê projecten!
En nee, je moet geen 18 zijn of een twintiger op gap year om als vrijwilliger te werken. Er waren hier mensen van alle leeftijden. De jongste vrijwilliger was 18, de oudste was 75.



2. Een hoogtepunt op een rondreis door Namibië: Etosha National Park
Na de fantastische ervaring bij het Na’an ku sê project is het tijd om aan de rondreis in Namibië te beginnen. De afstanden in het land zijn enorm. We rijden eerst naar Ethosha National Park, meer noordelijk gelegen. De rit duurt ongeveer 5 uur. Maar de wegen zijn hier verhard, dus het is een aangename rit.
Etosha, een unieke locatie
Etosha National Park is één van de hoogtepunten van Namibië, deze mag zeker niet ontbreken op je rondreis! Deze plek stond al lang op m’n lijst. Het is een plek, op het eerste zicht ongewoon en desolaat en niet echt wat je je voorstelt bij een safari. Maar op de 22.000m² leeft een opmerkelijke hoeveelheid dieren, van olifanten en giraffen tot de zeldzame zwarte neushoorn.
Ik dacht dat ik Etosha zou kunnen vergelijken met Kruger NP. Maar dat was helemaal niet het geval. De twee parken lijken in helemaal niets op elkaar. Centraal in Etosha ligt de immense Ethosha Pan. Een uitgestrekte zoutvlakte die je zelfs vanuit de ruimte kan zien. Tijdens het droge seizoen is het vlak als een biljart tafel, blinkend onder de Afrikaanse zon. Maar eens het regenseizoen aanbreekt transformeert de Etosha pan in een waterig paradijs waar duizenden flamingo’s het landschap roze kleuren.
Animal spotting
Tijdens het droge seizoen kan je nog steeds heel veel dieren zien. Vooral de drinkplekken zijn belangrijk voor hen. Het krioelt er dan ook van de dieren. Om de big 5 te spotten moet je hier helaas niet zijn. De Afrikaanse buffel komt hier niet voor.
Ethosha heeft enkel gravel wegen, wit en stoffig. Na een paar uur lijkt alles wel stoffig te zijn. De wegen zijn ook best hobbelig. Naar een paar uur safari kan je een kiné beurt gebruiken!

Source: https://www.etoshanationalpark.org/
Etosha, where to stay here?
Twee dagen heb je toch minimaal nodig om een deel van het park te kunnen bezoeken. De afstanden zijn gewoon enorm. Een nachtje in het park overnachten is een aanrader! We verbleven één nacht in het park en één nacht net erbuiten. Voordeel van in het park verblijven is dat je ’s ochtends niet hoeft aan te schuiven aan de gates en je hoeft je geen zorgen te maken voor sluitingstijden. Er zijn zes kampplaatsen in het park, je kan kiezen of je kampeert of in een lodge overnacht. We verbleven een nacht in Halali Camp in Etosha National Park en een nacht in Etosha Village, juist buiten de Andersson Gate. Allebei goede adresjes!



Inkom: (Altijd te betalen aan de Gate!)
- Volwassenen(buitenlanders) is NAD 150-00 per volwassenen per dag
- Kinderen onder 16 jaar: gratis
- Voertuigen met 10 zitplaaten of minder zijn NAD 50-00 per voertuig per dag
Openings- en sluitingstijden
De uren wijzigen elke week afhankelijk van zonsopgang en zonsondergang
3. Swakopmund – Skeleton Coast National Park
In alle vroegte vertrokken we in Etosha Village. Bestemming van vandaag: Swakopmund, een charmant kuststadje gekend voor de Duitse invloeden en vaak een vaste stop bij een rondreis door Namibië. De rit is hoofdzakelijk over gravel wegen, het duurt dan ook 7 uur voor we Swakopmund bereiken. De landschappen onderweg zijn adembenemend. Van metershoge termietenheuvels, tot ruige bergen, groene valleien en oneindige woestijnlandschappen.
Als je wat meer tijd hebt dan ons zijn er nog een paar mooie stops die je kan maken op deze route. Spitzkoppe: Een indrukwekkende granieten berg die bekend staat als de ‘Matterhorn van Namibië’. Hier kan je wandelen en het is een heel fotogenieke plek. Twyfelfontein: hier zijn rotstekeningen te zien, het is een Unesco Werelderfgoed site. Cape Cross Seal Reserve: dit reservaat is niet ver van Swakopmund gelegen. Hier kan je duizenden zeehonden zien.



We stopten wel aan Skeleton Coast National Park. Dit is een stuk kustlijn van ongeveer 500 km lang. Na een lang woestijnstuk op gravel wegen kwamen we hier terug op geasfalteerde weg. Op deze kustlijn komt de woestijn aan de oceaan, wat zorgt voor een uniek en toch ook ruig landschap. Maar dat wil niet zeggen dat het hier verlaten is. Je kan hier olifanten, leeuwen, jackhalzen en veel meer wildlife tegenkomen. We zagen enkel een paar keer een verdwaalde jackhals. De naam ‘Skeleton coast’ verwijst naar de vele skeletten van zeehonden die hier op het strand liggen. Ook enkele scheepswrakken, zoals de Eduard Bohlen en de Zeila, zorgen mee voor het desolate effect. Ook indrukwekkend is het grootste korstmossenveld ter wereld wat aan de woestijn een soort rode gloed geeft.
We verblijven in het Prost Hotel.
4. Walvis Bay – Sandwich Harbour
Swakopmund is een populaire plek. Dat merk je aan de talrijke activiteiten die je hier kan boeken bij één van de vele organisaties. Deze zijn populair:
- Skydiving: Voor als je houdt van kicks, wel een uniek zicht op de Namibische kust!
- Kayaking tussen de zeehonden: heel populair om te doen, de nieuwsgierige zeehonden kruipen zelfs mee op de kayaks
- 4×4 tours in Sandwich Harbour: rijden op de spectaculaire duinen aan de kust ten zuiden van Walvisbaai
- Sandboarding: af de duinen glijden op een bord, stel je hier niets te fancy bij voor, dit is gewoon een stuk stevig karton
- Quad tours: de mogelijkheden in deze woestijnomgeving zijn eindeloos
Ik deed de 4×4 tour in Sandwich Harbour, een absolute aanrader! Het avontuur begint in Walvis baai aan de kade. Je hebt hier een indrukwekkend zicht op de kolonie flamingo’s, het zijn er ruim 100.000! Op weg naar het Namib Naukluft National Park, kom je langs een gebied waar zout gewonnen wordt, inclusief witte bergen zout en roze moren. Mijn aandacht werd er even afgeleid door een ronddwalende jackhals.
Eens in het nationale park rij je langs het strand en iets verder de duinen in die tot wel 100m hoog zijn. Deze tour heeft een hoog pretpark gehalte!

5. Ongerept Namibië tijdens je rondreis: Sossusvlei National Park
De Namibwoestijn is de bekendste woestijn van Namibië. Het is een van de grootste woestijnen van Afrika en mogelijk de oudste ter wereld, met een lengte van meer dan 2.000 kilometer langs de kust van Namibië, Zuid-Afrika en Angola. Het noordelijke deel staat bekend als de Moçâmedes-woestijn, terwijl het in het zuiden overgaat in de Kalahari. Langs de kust vind je de iconische oranje duinen van Sossusvlei en het nabijgelegen Deadvlei, wat zorgt voor een adembenemend woestijnlandschap. Net zo uniek als Wadi Rum in Jordanië, maar met zijn eigen spectaculaire uitzichten. Dit is onze laatste stop tijdens onze roadtrip door Namibië.
Op de rit van Swakopmund naar Sesriem zijn de landschappen spectaculair. Vooral de Guab Vallei vond ik adembenemend. Er is een uitkijkpunt waar je een kort eindje naar moet stappen, maar het uitzicht dat je daar hebt is fantastisch mooi. Vergeet zeker je camera niet!
Sesriem is het kleine woestijnstadje dat voornamelijk dienst doet als de poort naar het nationale park. Hier zijn heel wat overnachtingsmogelijkheden, maar reserveer zeker optijd!
Wat te doen in Sossusvlei National Park
De Zonsopgang
Ik ben een grote fan van zonsopgangen, maar helaas ben ik geen ochtendmens, dus zie ik ze zelden. Voor een zonsopgang in Sossusvlei zet ik echter met plezier mijn wekker. Niet alleen om de hitte in de woestijn voor te zijn, maar ook om het magische spel van de eerste zonnestralen op de duinen te aanschouwen. De duinen, waarvan sommige meer dan 300 meter hoog zijn, veranderen zodra het licht ze raakt in een caleidoscoop van kleuren—van diepe oranjes en roodtinten tot subtiele schakeringen van paars en goud. Het is een van die plekken waar de schoonheid onmogelijk op foto te krijgen is. Ik had al indrukwekkende foto’s van Sossusvlei gezien, maar in het echt is het nog zoveel beter!



De duinen beklimmen
Dune 45
Er zijn ontelbare duinen om te beklimmen in het gebied van Sossusvlei, maar een paar zijn bijzonder populair en relatief gemakkelijk te beklimmen. De bekendste duin is Dune 45, die ongeveer 170 meter hoog is. Deze ligt op 45 kilometer van de ingang bij Sesriem. Het is een favoriet voor zonsopgangbeklimmingen vanwege de goede bereikbaarheid en het adembenemende uitzicht dat je vanaf de top hebt. Het beklimmen van de duinen vergt wel wat inspanning; het voelt alsof je bij elke stap een beetje terugglijdt. Het zachte zand maakt de klim een echte workout, maar de beloning is het meer dan waard!
Big Daddy en Big Mama
Een andere populaire duin is Big Daddy, een van de hoogste duinen in de regio, met een hoogte van meer dan 300 meter. Het is een uitdagende klim, maar het uitzicht vanaf de top over Dead Vlei en de omliggende duinen is werkelijk adembenemend. Aan de andere kant van de vallei ligt Big Mama, minder hoog, maar het uitzicht vanaf de top is minstens zo indrukwekkend.
Het afdalen van de duinen in Sossusvlei gaat veel sneller en makkelijker dan de klim omhoog! Zodra je klaar bent om af te dalen, voelt het bijna alsof je over het zand glijdt. Je kunt de duinen afglijden op je voeten of zelfs gaan zitten en de zwaartekracht haar werk laten doen. Het zand is zacht, dus het is veilig, hoewel het soms lastig kan zijn om je snelheid onder controle te houden!
Veel bezoekers vinden het heerlijk om rennend of zelfs rollend van de duinen af te gaan, wat zorgt voor een leuke ervaring. Sommige duinen, vooral Big Daddy, hebben steile stukken waar je snel snelheid maakt, dus het is verstandig om je even schrap te zetten of een wat zachtere helling te kiezen. Als het nog niet te heet is, trek dan je schoenen uit—dat maakt het extra leuk!
Tips voor het beklimmen van de duinen
- Begin vroeg: Om de hitte van de middag te vermijden, is het slim om je klim vroeg in de ochtend te beginnen, wanneer de temperaturen nog koel zijn.
- Draag goede schoenen: Hoewel slippers of sandalen aantrekkelijk lijken in het warme weer, zijn stevige schoenen beter voor grip op de zanderige hellingen. Tijdens het afdalen zijn ze ook handig.
- Neem voldoende water mee: De hitte in de woestijn kan intens zijn, dus het is essentieel om gehydrateerd te blijven tijdens de klim.
- Let op het zand: Het zachte zand maakt elke stap wat zwaarder, dus neem de tijd en wees voorbereid op een vermoeiende ervaring.
- Shuttleservice: Als je niet helemaal zelf naar het startpunt van de Big Daddy-wandeling of Dead Vlei wilt rijden, kun je gebruik maken van de shuttleservice. Deze vertrekt vanaf de parkeerplaats aan het einde van de geasfalteerde weg. Je mag trouwens enkel zelf verder rijden als je een 4×4 hebt.



Deadvlei
Dead Vlei is een van de meest gefotografeerde locaties ter wereld, bekend om het opvallende contrast van dode bomen tegen een achtergrond van torenhoge oranje duinen en een witte kleipan. De dramatische beelden van deze plek hebben het tot een iconisch symbool van Namibië gemaakt. Hoewel het op foto’s misschien klein lijkt, is het gebied in werkelijkheid enorm, met omliggende duinen die hoogtes tot wel 300 meter bereiken.
Het is mogelijk om Dead Vlei te bereiken zonder Big Daddy, de hoogste duin in het gebied, te beklimmen. Je kunt het goed gemarkeerde wandelpad volgen dat rechts van de parkeerplaats afslaat. Deze route brengt je direct naar Dead Vlei.



Sesriem Canyon
Net buiten Sesriem, vlak voor je het Namib-Naukluft National Park binnenkomt, vind je Sesriem Canyon aan je linkerkant. Laat je niet afschrikken door de ruwe, smalle toegangsweg. Het is zeker één van de hobbeligste wegen in Namibië! De canyon zelf, hoewel enigszins verborgen, is een onverwachte parel. De Tsauchab-rivier heeft deze natuurlijke kloof uit de lokale sedimentaire rotsen geslepen, en de kloof is ongeveer één kilometer lang. Het is een korte maar prachtige wandeling, en de rustige sfeer—een opvallend contrast met de uitgestrekte duinen van Sossusvlei in de buurt vond ik heerlijk. Reizigers skippen deze plek vaak op hun rondreis door Namibië, onterecht als je het mij vraagt!
Weetje: De naam “Sesriem” betekent “zes riemen,” verwijzend naar de vroege kolonisten die zes leren riemen aan elkaar moesten knopen om emmers in de canyon te laten zakken om water te halen.
Tarief en openingsuren
De openingsuren veranderen wekelijks op basis van zonsopgang en -ondergang.
De toegangsprijzen voor Sossusvlei variëren afhankelijk van je nationaliteit en het type voertuig dat je rijdt. Voor buitenlandse bezoekers bedraagt de prijs NAD 150 per volwassene per dag en NAD 100 voor kinderen (9 – 16 jaar). Zuid Afrikanen betalen NAD 100 per volwassene en NAD 50 voor kinderen. Namibische inwoners betalen een lager tarief van NAD 50 per volwassene, en er wordt geen vergoeding gevraagd voor kinderen onder de 9 jaar. Daarnaast is er een voertuigtarief: voor kleinere voertuigen (tot 10 zitplaatsen) kost het NAD 50.
Zorg ervoor dat je je permit van tevoren koopt. Het is 24 uur geldig vanaf het moment van binnenkomst. Dit geeft je vroege toegang, vooral als je de zonsopgang bij de duinen wilt meemaken.
Terug naar Windhoek
Vanaf Sossusvlei gaat onze reis terug richting Windhoek, het begin en het einde van onze rondreis door Namibië. Maar we kunnen Solitaire niet passeren zonder een stop te maken. Oorspronkelijk was het gewoon een tankstation midden in de woestijn. Het werd een geliefde tussenstop nadat Moose McGregor hier een bakkerij opende (ja, genoemd worden in Lonely Planet helpt natuurlijk ook). Tegenwoordig is de bakkerij er nog steeds is Solitaire wereldberoemd om zijn appeltaart! Als je zin hebt in een heerlijk, warm stuk appeltaart, dan is dit dé plek om te zijn. Ik vond persoonlijk dat het tourist trap gehalte van deze plek wat aan de hoge kant was.
Benieuwd naar meer reisroutes? Als je houdt van Namibië, is Jordanië ook vast iets voor jou!
